TROUWEN. 13
gekoos op straat en toch...... Diep uit
zijn innigst voelen kwam het knagend verlangen in hem op, óók eens zoo volhartelijk en echt-gemeend te worden aangehaald als die jongen daar en, zoo passievol te mogen zoenen en gezoend te worden aio hij.
Innerlijk lachte hij bitter. Verbeelding, zijn Rosa ; zoenen en gezoend te worden zooals dat meisje, en nog wel in een portiek. Hoe zou het zelfs overeenstemmen, zijn koude, kille, hooghartige Rosa en — een in-warme, hartelijk gegeven en genoten zoen ?
Er waren oogenblikken dat hij zich in verbazing af vroeg, of dat wel zijn Rosa was; het meisje, dat zoo geheel zijn voelen en denken had ingenomen. En dan niet willend gelooven aan zóo een groot zelfbedrog van zijn kant, meende hij eerder