Naar sneeuw en zon

44

Het was midden Juli en de grote vacantie begonnen.

Els, die de avond tevoren met een troep meisjes van „de Industrie” de grote vacantie ingeluid had en laat naar bed was gegaan, bleef die volgende morgen lang uitslapen en had bij ’t ontwaken nog een tijd lang wakker in bed liggen luieren in het zalig besef,

dat ze nu lekker niet vroeg eruit moest en met haar dagen kon doen wat ze wilde.

„Ik voer geen klep uit, de hele vacantie niet,” beloofde ze zich zelf en ze rekte zich behagelijk uit. „Zwemmen, zeilen, met Bob in z’n wagen jakkeren, eten, drinken en slapen! Zalig, driedubbel zalig! En nou sta ik op, want wat moet ik nog langer in m’n bed doen.”

Ze slingerde de stoere benen over boord en begaf zich naar de badkamer, waar haar moeder, die haar dacht te verrassen met een kopje thee op bed, haar luidkeels de nieuwste schlager hoorde galmen.

’n Kwartier later stond ze al fris en blozend, in een gezellige gebloemde zomerjurk, in de eetkamer en