Het huisje aan de sloot

Titel
Het huisje aan de sloot

Jaar
1950

Pagina's
256



kijkt van binnen-uit met oogen, neus en mond, die niemand ziet. . het ei heeft twee gezichten! Weg ei! Het brood is een beest, met ingetrokken kop. . het ligt te loeren op de plank, maar durft niet om het nies. . O weg brood. . weg mes. . weg, . alles weg. . alles heeft twee gezichten en het Wonder heeft tienduizend gezichten en het donker heeft honderdduizend fluisterstemmen. .

„Moeder.. moeder. . moeder. .!”

Huilen nu, schreeuwen, trappen met de koude bre-nen, dat ze de stilte tot zwijgen brengt, dat ze het Wonder verdrijft.

Daar zijn moeder en vader, allebei.

„Wat is er, wat is er? Huil je zoo? Zweet je zoo?”

Door het gangetje draagt vader haar naar de achterkamer, vader houdt zijn warme hand om ham t—ee bloote koude voeten.

„Wat is er. . wat was er. . wat had je?”

„Ik droomde. .”

Vader en moeder kijken elkander aan en kijVe" oom Sjimme aan en kijken haar aan.

„Droomde je. . ?”

„Ja, het was een benauwde droom.”

Want nooit, om niets ter wereld, zal ze m- '    1

over het Wonder spreken!

187

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.