maar dien de andere man toch niet hoefde te betalen. . en dus, zegt vader, is die gedempte sloot met een luk dwars-over teel een weg, maar je hoeft over zoo'n weg niet te gaan, en daardoor is het dan eigenlijk weer geen weg en had Aardewerk het soedes-awro moeten brengen. En dat laat Kaas zich niet zeggen. Hoor hem praten, zie zijn gezicht rood worden en nog geen slokje nam hij tut zijn glas, maar kwaad maakt hij zich niet, trant daarvoor is hij veel te goedig. Schmocl Konijn windt zich altijd dadelijk op en .schreeuwen dat hij clan doet, je zouclt hem buiten kunnen hooien.
Op het Rabbinaat hebben ze den Rebbe gelijk gegeven — de Raaf zelf was ziek en de oudste Dajan heeft hem te woord gestaan — maar ja. . op het Rabbinaat weten ze ook wel dat zijn vrouw een achternicht is van den voor-vorigen Meppeler Raaf! En nu is de Rebbe kwaad op vader en vader is kwaad op den Rebbe en San netje Denneboom heeft Kaas de klandizie opgezegd en Aardewerk koopt nu nog minder dan eerst bij Gompel en Gompel wil hem geen min nesj-brood!l) verkoopen cn Aardewerk zal aan den Rebbe gaan vragen of Gompel hem geen minnesj-brood verkoopen moet. Ja, dat vindt vader ook en niet omdat vader Aardewerk gelijk geven wil, maar omdat Rebbe Hillel of Rebbe Sammai of Rebbe Gam-liël, een van drieën, iets heeft gezegd over een man die den cenigen waterput bezat in de woestijn en zoo’n man moet aan iedereen water verkoopen en daarom mag Gompel nu niemand een minnesj-brood weigeren!
O, liet is dol aard iet. als de groote menschen kwes-tics met elkaar hebben!
Maar in de glaasjes tintelt het niet langer met goudbruine en 100de fonkelingen, van de geslepen vakjes schieten geen wit-vuren pijltjes meer af — heeft de zon zich toch nog bedacht? Ja, ook buiten is liet weer
153