Een coquette vrouw

Titel
Een coquette vrouw

Jaar
1915

Druk
1916

Overig
2ed 1916

Pagina's
262



zich rechtop en hoopte met kloppend hart, dat hij iets tee-ders en streelends van haar-met-het-kindje zeggen zou —; haar eigen woorden, die dat lieve en vleiende uitlokken moesten, lagen somwijlen in een glimlach op haar lippen als gereed en ze hield ze met moeite terug —, maar ze sprak ze toch niet uit, uit vrees voor bespotting —, en omdat hij nooit iets uit zichzelf zei van wat ze verwachtte en hoopte, schaamde ze zich om haar verwachting en haar hoop en dorst er zelfs niet meer aan denken.

Naar haar verhalen over den jongen luisterde hij als een volwassene naar een kind, meteen goedmoedigen glimlach —, hij plaagde haar schertsend dat ze de balans flatteerde, zoo vaak ze hem woog en allerlei wonderlijke schoonheden aan hem opmerkte, die zelfs voor zijn ״liefhebbend vaderoog" verborgen bleven.

Vele dagen vervloden in zachte gedachtelooze opgetogenheid, maar in den avond vloeide die stil-aan uit haar weg en liet haar leeg achter —, een onverklaarbare rusteloosheid maakte zich dan van haar meester, als ze tegenover Egbert aan tafel zat onder de lamp, hij schrijvend of kranten lezend, zij met een boek omdat ze niet werken kon. Ze had zoo graag willen werken, maar het vermogen daartoe, pas in haar opgestaan en ontloken, scheen al wel vergaan en dood. Soms vroeg ze zich ongerust af, of ze ook lui ging worden, maar een opsomming van haar bezigheden stelde haar gerust. Een andermaal nam ze zich bij het opstaan voor, dat ze het plan voor een vertelling, dat ze al weken in zich omdroeg, dien avond nu stellig uitwerken zou, en dan voelde ze een blijde lust en opgewektheid: het zou ditmaal gelukken — in den loop van den dag hield ze zich dan van tijd tot tijd vermanend dat voornemen voor —, maar eiken keer ontwaarde ze hoe de weerklank van innerlijken lust op het drijven en gebieden van haar wil, zwakker en slapper werd —, tot er in den avond van de morgenvlam niets dan asch overschoot en ze opnieuw rusteloos en werkeloos neerzat in het trage voortgaan der urén.

Ze was in die stemming dikwijls prikkelbaar, voelde zich door geringe aanleidingen uit haar evenwicht gestooten, dat ze dan pas na moeite, pijn en vernedering weer terugvond. Want Egbert, in het gewone verloop der dagen onverstoorbaar kalm, opgewekt, behulpzaam en goedmoedig —, liet geen scherp woord, geen bitsen uitval ongestraft over zijn kant gaan. Bij de minste uiting van haar prikkelbaarheid, richtte hij zich als in zijn volle lengte op en liet haar in

59

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.