het Westen voortgezet worden. Dat de beste verdediging juist in dit geval de aanval op de anti-Westerse elementen in onze cultuur is, ligt voor de hand.
Zo vraag ik dus noch verontschuldiging voor het herdrukken van oude opstellen, noch voor de manier waarop de verdediging van het Westen hier wordt gevoerd:
„En laat gerust de schoone zielen ijzen,
Ik houd van platte, populaire wijzen Maar met de puntjes duidelijk op de i.”
J. DE KADT.
November 1946.