Sterrekinderen

Titel
Sterrekinderen

Jaar
1946

Druk
1986

Overig
10ed

Pagina's
208



Toedekken

Er is magie in het toedekken van kinderen. Wie toeschouwer is, zou de goochelaar op de handen kunnen kijken om te weten, wanneer het ogenblik van het wonder er is, - en hij zou plotseling merken, dat het voorbij is en dat het ogenblik zelf hem is ontsnapt. Maar de goochelaar zelf kan het ook niet vatten; hij weet, dat zijn handen de nuchtere beweging hebben gemaakt van dekens vormen om een kinderlijfje heen en dat het toen buiten zijn weten is gebeurd; een stralend lachje op een voldaan kindergezicht, - een duim in de mond, - en ogen, langzaam versluierd onder dalende wimpers.

Wie de kleuterzaal is rondgegaan en kind voor kind heeft toegedekt, sluit zacht achter zich de deur van de toverzaal, waar de slaap is binnengeslopen op veerlichte voeten. In de gang bekijkt ze haar handen, of die soms het geheim van het wonder kunnen verraden. Wat is er met die handen? Het zijn moederhanden, -nou ja. Daar zit toch geen wonder in! De wereld is immers vol moederhanden! En is de wereld vol wonderen? Misschien . . .

Hij is eigenlijk te groot voor een babybedje: een lange jongen van drie jaar. Maar omdat hij hulpeloos en vies is als een baby en niets zegt en niets duidelijk kan maken, moet zijn bedje tussen dat van de baby’s staan.

De grote meisjes hebben geen geduld voor hem: tjesses, zo’n grote lummel! Als het een baby was, - nou ja, dat hoort bij je werk; maar dit, - laat anderen het maar opknappen.

De vliegen hebben wél aandacht voor zijn bedje. Die voelen haarfijn, of iemand zich verweert of dat hij de strijd heeft opgegeven. Hij heeft de strijd opgegeven. Hij blijft doodstil liggen als zijn gezichtje, zijn handen, zijn benen bedekt zijn met vliegen; alleen een zacht jammeren vertelt, dat ze hem hinderen.

Maar zijn moeder, die in het ziekenhuis ligt, zegt dat hij een vrolijk kind is geweest, dat praatte en lachte en speelde en liep, net als ieder ander kind van drie jaar. Toen hij in de nacht uit zijn bedje werd gehaald, omdat de groenen ze kwamen halen, heeft hij zijn laatste zin gezegd: „Ik wil niet!” Verder heeft hij gezwegen; hij zwijgt nog.

124

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.