De weg alleen

Titel
De weg alleen

Jaar
1949

Pagina's
195



wezen, anderen te hulp te komen, waar het nodig was.

Wat was ze sterk, Til. Ze droeg het kindje breed en trots. Ze miste in haar gelaatstrekken dat zwangere, dat gelatene, dat merkteken van komende weeën, wat Car zo roeren kon sinds Ientje haar laatste kindje was. Til droeg haar blozend, evenwichtig gezicht triomfantelijk op de forse hals, en haar stem was even juichend en luid als altijd.

Het was Til, die, om steekproeven te nemen, ’s avonds een paar keren had opgebeld, of Car nog aan ft werk was. Car was te eerlijk om nee te zeggen als het ja was. Maar de laatste weken was het eerlijk nee geweest, en één keer zelfs had ze in de telefoon, die naast haar bed stond, gefluisterd, dat ze al in bed lag, en dat ze niet hardop kon praten om Atie en Ientje, die op haar kamer sliepen, en die, wonderlijk genoeg, door de rinkelende bel heen-geslapen waren. Toen had Til, tevreden, van verdere proeven afgezien.

Voor Car was het een heimelijke triomf, dat eigenmachtig stop kunnen zetten van de arbeid.

„Het is over,” dacht ze telkens.

En ze geloofde eerlijk, dat het over was.

# #

Maar toen ze bijna weer een gedeelte af had, belde ze Steuve’s kantoor op, of ze morgen weer werk kon komen brengen. Er was een ander aan de telefoon; ze hoorde het dadelijk.



79

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.