De weg alleen

Titel
De weg alleen

Jaar
1949

Pagina's
195



zakelijke, gezellige kamer, en Car voelde zich gelukkig. Als Steuve een bullebak zou zijn, en haar smadelijk weg zou jagen, dan nog zou ze zich gelukkig voelen om deze afwisseling in haar huismoeder-bestaan.

Maar de deur ging open, en Steuve was géén bullebak, en joeg haar niet smadelijk weg.

Hij was een grote, al oudere man, het grijzend haar breed en hoog om zijn voorhoofd. Hij hield het hoofd wat voorover bij het spreken, alsof hij gewend was, dat de meeste mensen kleiner waren dan hij. Zijn donkere ogen waren sterk en open.

„Bent u dat nu, de vrouw van mijn dokter?” vroeg hij warm, en zijn diepe stem raakte iets in Car.

„Ja,” zei ze, en haar gezicht was in afwachting opgeheven, alsof ze méér wou horen over Leo.

„We hielden van hem, alle drie. Mijn vrouw, en mijn dochter, en ik.”

Car werd zich opeens ervan bewust, hoe bang ze vanmiddag geweest was, dat hij zich Leo niet meer zou herinneren^. Al twee-en-een-half jaar was het geleden, — al drie jaar, dat hij ziek werd.

„Ja,” zei ze dankbaar, „ze hielden allemaal van hem.”

Nu ze weer zat, keek ze geboeid naar de grauwe kop tegenover haar, met de diepe groeven. Ze wist nauwelijks meer, waarvoor ze hierheen gegaan was.

„En?” vroeg hij uitnodigend.

Ze moest zich bezinnen. Ze was niet gekomen om



62

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.