De weg alleen

Titel
De weg alleen

Jaar
1949

Pagina's
195



„Misschien ben ik zo nerveus, doordat ik gewend was, alleen te zijn.”

„Maar ik ben nu toch al een poos hier, — dan ben je toch niet meer gewend aan je eenzaamheid!” „Misschien,” — ze slikte even, „begin ik naar de eenzaamheid terug te verlangen.”

Ze dacht: „Nu is het woord eruit.”

Ze zei:

„Niet om jou persoonlijk, hoor! Maar om alleen te zijn.”

Bertha schudde het hoofd.

„Het is niet goed voor zo’n jong vrouwtje, altijd alleen.”

„O, ik heb de kinderen,” kwam ze luchtig. Want nu ze begonnen was, wou ze de strijd om haar eenzaamheid, haar vrijheid, ten koste van alles doorzetten.

Atie, haar neusje plat tegen het raam, vèr weg van de twee vrouwen en hun tournooi, riep enthousiast:

„De orgel! De orgel!”

Car deed een stap naar het kind toe, keek ook naar buiten, om de tijd te rekken. Ze moest iets vinden, om Bertha aan het verstand te brengen, dat het niet meer kon. Het was niet edel, het was niet menslievend, — dat wist ze wel. Maar ze was niet in staat meer tot menslievendheid, — zó niet meer, tenminste.

Het orgel zette een straatdeun in, en Atie, op en top vrouwtje, wiegde mee met haar schoudertjes, keek

35

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.