De weg alleen

Titel
De weg alleen

Jaar
1949

Pagina's
195



bonte lappen de wereld inlopen, — maar dat keertje bestond ook niet eens. Voor haar bestond er altijd de plicht, was er de rem van het geweten. Wat was ze jaloers, doodgewoon jaloers op de zigeunervrouw, die haar voorbij gereden was!

Ze moest er zelf om lachen. Wie weet, hoe ongemakkelijk de kerel was, die naast de vrouw op de bok had gezeten! Over een paar dagen moesten ze zich hees schreeuwen, om klanten in hun tent te lokken.

,,’k Zal voorlopig maar blijven die ik ben,” dacht ze, en ze verdiepte zich met Ientje in de mogelijkheden, die over-overmorgen de kermis hen zou bieden.

Het meisje had een boodschap voor haar aangenomen in haar afwezigheid. Een meneer had opgebeld, wanneer of mevrouw bij hem op kantoor zou kunnen komen. Ze had zijn naam opgeschreven.

Het was Steuve. Met de vaart, die het kermisgedoe in haar had gewekt, ging ze naar de telefoon.

„Nee, u kon hem niet meer opbellen vandaag, zei hij. Hij was vandaag verder uit de stad. Morgen wel weer.”

Even viel een teleurstelling in Car. Ze had hem willen spreken, nu dadelijk, en horen, of er werk voor haar was. En zeggen, dat ze wel direct op zijn kantoor kon komen. Hij was nu immers grootvader geworden.

Wachten tot morgen. Haar zigeunerin zou wel nooit wachten tot morgen, als ze ergens naar verlangde. Die was morgen met haar wagen altijd weer


134

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.