Schetsen en vertellingen

Auteur
Herman Heijermans

Geschreven onder pseudoniem
Samuel Falkland

Titel
Schetsen en vertellingen

Jaar
1974

Pagina's
249



te, maar de directrice met grooten tact, gewend om met ‘mindere’ menschen om te gaan, voorkwam ’t.

‘...Hier is haar pakje, juffrouw... Nu maar goed op het kind passen en véél versterkende middelen... Eiken dag ’s morgens en ’s middags en ’s avonds ’n halve kan goed gekookte melk minstens, en zooveel eieren als ze maar lust... En vooral veel in de buitenlucht als er zon is, liefst tegen ’n uur of elf, twaalf... En goeie wèrme sokken...’

‘Jawel, jawel,’ knikte moeder verlegen: ’k mot u nog duizendmaal, duizendmaal danken voor de goedheid...’

‘O da’s niet noodig... Mevrouw Meyer zal ook ’t volgend jaar wel aan u denken... Hebt u nog meer kinderen?’

‘Nog vijf... drie jongens, twee meisjes en Esther da’s zes... D’r zussie begint ook last van klieren te krijgen... ’s Morgens en ’s avonds zweet ze zoo verschrikkelijk...’

‘Zoo-zoo... Wel da’s niet plezierig...’

‘Zeg u dat wel... Zeg u dat wel... Kom Esther dank mevrouw nou is, hè?’

Maar het kind, leunend tegen een stoel, begon weer te snikken, zooals ze ’t ’s morgens gedaan had, toen moeder kwam.

‘Wat is dat nou?’ klaagde moeder: ‘Mag je zoo verwend zijn...? Heb-ie ’t dan niet goed gehad?’

°k Wil hier blijve...! hier blijve!’ - snikte het kind.

‘Kom, kom, Esther,’ zei de directrice, ‘niet huilen, hoor...! Je ben twee maanden hier geweest, niet waar... En er zijn nog meer zieke kindertjes, niet...? En die willen allemaal weer gezond worden, niet...? Ga nou zoet met moeder mee, dan mag je ’t volgend jaar terugkomen hoor...?’ En buigend gaf ze ’t kind een zoen op ’t voorhoofd.

Esther liep in tusschen moeder en Saar, heviglijk snikkend. Er was nog een half uur tijd voor de tram ging en even wou moeder de zee zien. In het zand tegen een duin op kwamen ze te zitten, Esther nog stil, pruilend. Vaal stak het oude verlepte gezicht van moeder af tegen het gebruind snoetje van ’t kind -, Sara’s gezicht leek er geel bij.

°t Is hier wel om gezónd te worde, moeder,’ zei Saar.

‘Twee kilo en drie ons,’ rekende moeder: ‘hoe is ’t gósmogelijk as je weet hoe ze d’r uit zag toen we d’r brachte.’

61

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.