Vuurvlindertje

Titel
Vuurvlindertje

Jaar
1925

Pagina's
223



II

Tegen 't uur dat Leentje naar bed most ■— elke avond werd ’t ’n nieuw en hardnekkig gevecht — verzon ze de snuggerste, geslepenste, maar vóór alles berekendst-geluidloze dingen, om 't monsterachtige van 't alleen in 't donker liggen, terwijl de anderen nog bene jen bleven babbelen, te ontlopen. Zo niet-te-benaderen wild en kwajongensachtig als ze overdag tekeer ging, zo als 'n ratelslag als ze 't trapje af kon rumoeren en zo bezeten als ze met de deuren tegen de vloekende, kalk-splinters uit-krakende posten sloeg —- zo bezonnen liefjes, onder worpen-vrouwelijk, timiede en zachtzinnig werd ze, als de avond-boterham gegeten was ■— de kliek hutspot van vanavond was 'n buitenissigheid ■—moeder ft tafelkleed over ’t zeiltje lee, en de thee op 't blad kwam. Dan kende ze de vaste gewoonten van 't arbeiders woninkje, waar alleen Zaterdagavond van af geweken wier

— plaste moeder in 't keukentje de vatenboel schoon, voor ze fr ook ;ns lekker fr gemak van nam ■— dampte oom Kobus de kamer zo tjokvol, da-je 'm niet meer achter z'n krantje zag ■— zat Koert, die eerst ’n poos met 'r gespeeld had, z’n leerboeken in te kijken, en as ze dan bij ’m op z'n knie kroop ■— alles, alles kreeg ze van 'm gedaan

— begreep ze niet wat voor plezier ie in de bladzijden met rare streepjes, zonder 'n enkele prent, kon hebben. Wou-ie dan toch blijven

18

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.