Brieven uit Jeruzalem

Titel
Brieven uit Jeruzalem

Jaar
1941

Pagina's
89



De zwarte tenten. In de psalmen komt de uitdrukking voor: „tenten van Kedar”. Maar men vertaalt dit ook door: „de zwarte tenten”. Op éénen dag: Ana-thoth en de tenten van Kedar. En vanavond weder te Jeruzalem.

VI

Maar de dalkloof begint. Heel ver, heel diep, de oase. Groene boomen, maar zoo klein nog. En ’t water daartusschendoor, een lintje, een zwak zilveren lintje. Stil, stil: ja, wij hooren het levende water ruischen. Straks zullen wij het kussen. En het water zal ook ons kussen. Maar nu dalen. Voorzichtig; voet achter voet. Sommige snelvoetige meisjes zijn al beneden. Ach; wij zijn oud. Wij gaan voorzichtig. Ook het ezeltje gaat voorzichtig en alleen .Hij zoekt overal de veiligheid. Soms de vier pootjes vlak bij elkander. Dan wijd uiteen. En schommelend. Dan tinkelen de blikken veldflesschen. Geweldige rotsblokken hier en daar. Naakt en grauw. Het dalpad windt. Weinig dalen, veel zware weg. En heet, heet, heet. Onze linnen kleeren strakstijf gedroogd. Waar is de dauw?

En de jongetjes van de zwarte tenten loopen met ons mede. Want deze gulle vreemdelingen gaan naar Ain Fara. Zeker zullen zij daar den geheelen dag blijven. Ondenkbaar, dat daar geen baksjisj van afvallen zou. Trouwens, wanneer er geene vreemdelingen waren, en er was geen baksjisj, dan zouden de mooie jongetjes van de zwarte tenten het nog zalig vinden naar Ain Fara te gaan. Zij loopen wondervlug op sierlijke, gave, bloote pootjes. Wel tien. Wel twin-36

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.