Buigen onder de storm - Levensschets van Philip Mechanicus 1889-1944

Titel
Buigen onder de storm - Levensschets van Philip Mechanicus 1889-1944

Auteur
Koert Broersma

Jaar
1993

Overig
biogr Mechanicus

Pagina's
258



jong, intelligent meisje, dat uit vrije wil hier is. Genoten van het weidse uitzicht en de opgestapelde zomerwolken in de blauwe hemel.’ Etty was toen net een week terug in Westerbork, na haar langdurige ziekte.

De twee zouden samen urenlange tochten door het kamp maken. Tevens voerden ze uitgebreide discussies en bezochten zij wederzijdse kennissen. Via Etty leerde Mechanicus onder anderen iemand uit haar Amsterdamse vriendenkring kennen: Annemarie van den Bergh-Riess.

Voorts werkten ze regelmatig in eikaars gezelschap in hun dagboeken of aan hun brieven. In haar nagelaten geschriften schreef Etty met bewondering en gevoelens van warmte over Mechanicus. Voor de eerste maal noemde ze zijn naam eind juni 1943, in een brief aan haar vriend Han Wegerif: ‘Ik beleef hier veel goede dingen. Mechanicus, met wie ik wandelingen maak over de smalle dorre strook aarde tussen gracht en prikkeldraad, leest me dagelijks voor wat hij die dag geschreven heeft. Men sluit hier vriendschappen, die toereikend zijn voor enige levens tegelijk.’

Op 1 juli 1943 schreef ze aan een vriendin enige regels over haar vader, die op dat moment in de ziekenbarak verbleef: ‘Bij hem ligt bijvoorbeeld de journalist Philip Mechanicus, een stijlvolle, sterke figuur, die geregeld bij hem komt praten.’

Dat Etty oog had voor zijn nauwgezette, journalistieke manier van schrijven, bleek toen ze op zondag 22 augustus 1943 meldde: ‘Tegenover me aan de ruwhouten tafel klauwt Mechanicus op z’n vulpen. We kijken elkaar eens aan over onze volgekrabbelde velletjes. Hij registreert trouw en precies, bijna ambtenaarachtig het gebeuren hier. Het is te machtig, zegt hij opeens. Ik kan heus wel een beetje schrijven, maar hier sta ik voor een afgrond of voor een berg, het is te machtig.’ Mechanicus hield in zijn dagboek meer afstand tot Etty. Hij noemde haar nooit bij naam, maar schreef wel regelmatig over ‘een goede vriendin’. Beiden bleven eikaars gezelschap zoeken. ‘Een oud vrouwtje vraagt aan ons: Kunt u ook zeggen, waar die en die woont? Op nummer zoveel, zegt Mechanicus, die naast mij zit te schrijven, een zwer-versachtige vilthoed op z’n hoofd tegen de vliegen,’ noteerde Etty op 7 augustus 1943. En: ‘Mechanicus is daarnet als een lenige aap op z’n driehoog bed geklommen en is triomfantelijk met een blik erwtensoep tevoorschijn gekomen. Op de kachel in het washok is een plaatsje vrijgekomen (...) Ik: heb een goed leven, jawel!’ Een dag later schreef ze: ‘Gisteravond was ik samen met Mechanicus bij de moeder van Paul (...) We praten samen (...) over vele kleine triestheden en gro

164

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.