Maar hier, op deze bruiloft, was hij nog in zijn volle glorie; zijn wereld stond nog en hij sprak zoo mooi als hij het al-leen kon, en werkte op hun gevoel; en de vrouwen huilden, de mannen snoten hunne neuzen en het was maar goed, dat de muzikanten hunne violen begon-nen te stemmen voor het menuet uit den Don Juan, dat van oudsher als het ge-ijkte bruiloftsmenuet gold;
״Zerline, willst du mit mir tanzen?” ״Ach nein, ach nein, ich kann nicht
[tanzen....!”
Toen bogen de heeren voor de dames, de wijde zijden rokken werden sierlijk, met de wit-gehandschoende handjes opgenomen en ieder danste, naar rang en stand en verwantschap, met de bruid en den bruidegom, terwijl de potten met sassefras en de reusachtige brui-lofts-״plehwe”, de ״boterbohle” en de
35