ten zoen op haar mond.... Dat is Costa Gomez' loon....!
En de vrouwen in de kamer lachen, de mannen meesmuilen.... Ze weten het, dat is Costa Gomez’ gewoonte, als hij een kraamvrouwtje geholpen heeft, en de kraamheer durft nooit wat te zeg-gen, die lacht als een boer die kiespijn heeft....
״Nou, meneer Davids, hoe vindt u het dat-ie daar zoo maar uw vrouw een zoen heeft gegeven?” vragen zij, als de dok-ter weg is.
״Nou, op ’n ouwen man ben ik niet ja-loersch, laat ’m gaan, ’n ouwe bok lust ook nog wel ’n groen blaadje....”
Maar Duifje ligt stil, verbaasd, ver-schrikt.... Ze kijkt schuw rond.... Mag dat wel, mag Costa Gomez haar zóó maar ’n zoen geven, is dat niet iets ergs, en waarom deed-ie dat....?”
En zij denkt dat het misschien is omdat zij zich zoo goed heeft gehouden.... Ja, 108