'Ik zou gewoon doorgaan', zei Gijs, 'doodgewoon doorgaan. Als we er nu mee uitscheiden, weten de moffen, dat we lont hebben geroken. Nee, laat ze maar verder in zee gaan met verrader Jansen. Wij zijn nu op onze hoede en een gewaarschuwd man geldt voor twee.'
Niet veel dagen later werd er op het dorp verteld, dat er bij Jansen een nieuwe knecht zou komen. Het gerucht bereikte ook Gijs. De nieuwe moest een ver familielid van de bakker zijn, werd erbij gezegd; een achter-achterneef of zoiets, die de stadslucht niet langer kon verdragen en daarom probeerde op het Friese land een beetje verandering van lucht te vinden.
Dirk was, zoals was afgesproken, rustig doorgegaan met het verzendenvan telegrammen naar Londen; en uit de antwoorden bleek, dat zijn werkzaamheden daar zeer op prijs werden gesteld. Maar nu de nieuwe knecht was aangekondigd, vond hij het toch wel nodig met de kleine kring van vertrouwden opnieuw beraad te slaan. Er was geen helderziendheid nodig om te begrijpen, dat met een spion vlak bij de deur het bestaan van de verbinding met Londen ernstig in gevaar dreigde te komen, om van de risico's voor lijf en leven van velen nog maar geheel te zwijgen.
'Ik geloof', zei Gijs bedachtzaam, 'dat we de zender moeten verplaatsen. Zodra die vreemde snoeshaan zijn neus binnen het dorp laat zien, moeten we met zenden ophouden. Dat is heel logisch, zelfs voor de Duitsers. Ze weten, dat hier ergens in de buurt de zender verborgen is... also, zullen ze redeneren, we hebben een fout gemaakt door een vreemde te sturen, want de mensen van de zender hebben onmiddellijk lont geroken.' 'Je bedoelt, dat de zender hier vandaan moet?' vroeg Dirk. 'Dat bedoel ik', zei Gijs, 'en jullie moet hier ook weg. Nog één keer zenden en dan laden we de zender en alles wat erbij hoort onder een of andere vracht, die het dorp uit moet. We brengen het geval ergens onder, waar het veilig is bewaard totdat we een nieuwe plaats hebben gevonden. En laat dan de Duitsers maar zoeken. De vogels zijn gevlogen.'
De nieuwe knecht kwam en hij bleek een weinig opvallend uiterlijk te hebben. Echt zo'n man, waarvan de mensen zeggen: er gaan er dertien in een dozijn. Hij was nog maar nauwelijks een paar dagen
69