Daar zaten wij, impressies over 'Londen '40-'45'

Titel
Daar zaten wij, impressies over 'Londen '40-'45'

Jaar
1965

Pagina's
136



‘Je kunt vrij praten. Hij verstaat geen syll-a-a-a-a-be Nederlands’ ‘Bedoelt U dat U het eten niet lekker vindt.’

‘Ik krijg hetzelfde in Brown’s Hotel. Daarvoor ben ik toch niet naar de country gevlucht.’

‘Wat had U dan verwacht?’

‘Kan zo’n man nou geen bokking bakken ? Of bestaan die niet in Engeland?’ ‘Ze bestaan wel, maar er is een foefje op.’

‘Kan je ’t hem leren?’

Ik geef na tafel in de keuken een uitvoerig college over de kunst om verse haring zó te preparen, dat ze, zonder gerookt te zijn, toch ten naastebij doet denken aan verse bokking uit de olie. Als de vrouw van de butler ten slotte haar dictaat naleest, zegt ze verrast:

‘Oh... I know what you mean. Bloaters’

De gasten vinden altijd dat ze iets terug moeten doen, ook dat is Lutje-winkel. Dus komt de Minister-President soms een week-end logeren bij een daggelder. Als hij op een maandagmorgen bij ons vertrekt, wacht hem een verrassing in een pakje. Bij Hamburger in Old Compton Street hadden ze die vrijdag red herrings, gerookte bokking.

‘Asjeblieft, Excellentie, echte Harderwijkers.’

‘Harderwijkers? Dat zijn Lemster bokking.’’

Fryslan boppe.

Hij eet met zijn tien geboden die bokking op in het Brown’s Hotel. De bokking op een krant en de krant op de tafel. Door dat menselijke contact in de huiselijke kring, leer je een parmantig baasje goed kennen. Hij is ook maar een gewoon mens.

‘Mevrouw U kunt mij een genoegen doen. Ik moet pyama’s hebben, maar ik heb zo’n kleine maat. Dat kan ik niet aan miss Gibbons, mijn secretaresse, vragen... zou U ze voor mij willen kopen?’

De psychologen beweren dat alle kleine mensen een of ander trauma met zich ronddragen. Nou bij Gerbrandy zit dat dan goed onder zijn snor verstopt. Hij lijdt niet merkbaar onder zijn één meter veertig. Als hij een vrolijke bui heeft, onthult hij dat hij steuntjes in zijn schoenen draagt, om groter te lijken, maar dat fantaseert hij. Op een keer moet de kleine Willy Gillies met de Nederlandse Minister-President spreken. Willy is internationaal secretaris van de Labour Party.

‘Kom maar eens een middag met hem eten.’

Na de maaltijd neemt Gerbrandy me apart:

‘Zeg, dat was een verrekt aardige maaltijd, weet je waarom? Die kleine Gillies meet maar één meter 30, hij is een dwerg.’

Zijn humor is vaak schurend als een rasp. Hij kan met één zin, met één enkel woord, mensen meedogenloos karakteriseren.

27

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.