Openbare brief aan den Weledelzeergeleerden Heer Dr. A.R. Zimmerman

Titel
Openbare brief aan den Weledelzeergeleerden Heer Dr. A.R. Zimmerman

Jaar
1934

Druk
1934

Overig
1ed 1934

Pagina's
48



bedrage van ƒ 325.000.—, zegge en schrijve drie maal honderd en vijf en twintig duizend gulden — en dit alleen reeds in deze crisisperiode; want ook in vroegere tijdperken van werkeloosheid van zeer aanzienlijken omvang heeft de Bond, eveneens op vers langen van de Overheid, tonnen gouds in de werkeloozenkas moeten storten.

Dit hadt gij kunnen weten, want gij hebt immers de financieele verslagen van den Bond zorgvuldig bestudeerd en in deze ver* slagen staan deze stortingen ten bedrage van ƒ 325.000.— vermeld.

Desondanks doet gij het in uw artikel in De Telegraaf voor* komen, alsof er uit de bondskas ten behoeve van de werkelooze bondsleden geen cent uit de Bondskas is afgestaan.

Of gij wist het niet — en dan blijkt daaruit, dat gij maar lukraak beschuldigingen en verdachtmakingen' schrijft, zonder kennis van de feiten, waarop gij deze baseert.

Als gij deze methode ook te Weenen hebt gevolgd, zal men te Genève weinig genoegen hebben gehad van de wijze waarop gij uw taak hebt volvoerd.

Of acht gij deze methode ongeoorloofd in het algemeen, doch geoorloofd tegenover „vrijgestelden?”

Indien een lid de uitkeering uit de werkloozenkas ten volle heeft genoten, maar nog altijd geen werk heeft kunnen vinden, dan is hij „uitgetrokken” en komt in aanmerking voor crisissteun.

Deze steun komt geheel voor rekening van de Overheid; de vakvereenigingen dragen er niet toe bij, behalve op ééne wijze: zij voeren, elk voor hare leden, de geheele administratie van deze steunverleening, de uitbetaling der steunbedragen daarin be* grepen. Dit vordert aanzienlijke uitgaven. De overheid verleent slechts een zeer geringe bijdrage in deze kosten. Voor den Diamantbewerkersbond bedragen deze administratieve uitgaven meer dan ƒ 17.000.— per jaar.

Let wel, dit zijn uitgaven die voor rekening van de Overheid behooren te komen en die zij ook zou hebben te dragen, als de vakvereenigingen deze niet vrijwillig voor hare rekening hadden genomen.

De Diamantbewerkersbond heeft dus gedurende deze crisis niet slechts ƒ 325.000.— uit zijn kas ten behoeve van de ondersteuning zijner werkelooze leden afgestaan, doch deze Bond betaalt bovendien ten behoeve van dezelfden, en tevens tot verlichting van de lasten van de Overheid, jaarlijks ten minste ƒ 17.000.— uit deze zelfde kas.

Van den crisis^steun kan men tot nog toe zeggen (weldra wel* licht niet meer) dat hij het den werkeloozen arbeiders en hunne gezinnen mogelijk maakt in het leven te blijven en een dak boven het hoofd te houden. Verder strekt deze steun niet. Gij zegt dan ook terecht, dat de steuntrekkenden „in kleeding en huisraad achterop geraken.” Zelfs de aanvullende hulp van het Nationaal Crisis^Comité voorziet maar gebrekkig in deze behoefte.

Maar nu komt gij en vraagt, waarom dan de „reusachtige kapi* talen” van de vakbonden niet worden aangewend, om in de behoefte aan „kleeding en huisraad” te voorzien.

Het stellen van deze vraag bewijst opnieuw, dat gij schrijft over dingen, waarvan gij niets weet, of wel dat gij er wèl kennis

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.