alhier ter stede laeten timmeren, ende toemaken seeker huys oft gebou tot een Sinagoge, om aldaer te oeffenen haerc Jodschc exercitiën, ende dat by d Hoeren Hurgermrn metten Hoeren Schepenen dese saeckc iu communicatie geleyt sijnde, by hare Ed. geresolveert was, die vandc voorseydo natie aen te seggen, dat int voorseyde gebou nyemand yando selvc natie sal mogen wonen, noch dat aldaer cenige by een compstc mach gehouden worden, ofte cenige ceremoniën van haerer Keligio gcplcegt, op pene van demolitie tot do grond vant voors. huys ofte gebou, Waer op ommevrage gedaen sijnde, soe is geresolveert dat de voors. Portugccsche natie byde Heeren Burgermru sal worden acnge-seyt, dat de Magistract geensins wil toestaen nochto gedogen, dat yemand van voors. natie int voors. gebou sal mogen wonen, nochte aldaer de voors. byeencompstc gehouden worden.
Ende soe bevonden word dat tot ccnigcr tyt int voors. ge-timmert cenige vergadcringe en exercitie vande Joodsche ceremonie gedaen en gehouden moehte zyn, dat daer over t’ voors. getimmert daetelyck afl’gebroken ende gedemoliert sal worden, dat men oick haer sal verbieden haere llcligie tot eenige andere plaetsen binnen dese stadt ende hare Jurisdictie te mogen doen” ii).
De eerste Bestuurderen dezer eerste Synagoge waren 12):
Don Samüel Palache (gestorven 1616), gezant van den Keizer van Marokko bij onze staten;
Don Jacob Tirado, die op lateren leeftijd naar Jerusalem vertrok, en wegens zijne belangrijke diensten aan deze gemeente jaarlijks op den Grooten verzoendag in een bijzonder gebed (misjeberach) herdacht werd, en
Jacob (Israël) Belmonte 13).
Als Chachamim (opperrabbijnen) fungeerden daarbij:
Josepii Paudo van 5358 (1597) tot zijn overlijden (1619);