Jaurès was sedert den tijd dat hij in en buiten het parlement zijn groote krachten voor de zaak van het socialisme gaf, door het streven bezield om de eenheid van optreden der socialistische arbeiders te bevorderen. Maar Jaurès was nu eenmaal niet een van diegenen die zich in het bizonder tot een bepaalde sekte of groep aangetrokken gevoelen, of zichzelf aangewezen achten om het ,,hoofd” van zulk een groep te zijn. Zijn aard was erop gericht om in de tegen-elkander-in-werkende krachten van dogmatisch-eenzijdige groepen uit dezelfde beweging, de deelen dus van het gtoote geheel, de eenheidsgedachte, het verbindende te vinden en zich daarnaar te richten.
Zijn diep-wijsgeerige natuur, gepaard aan een groeten zin voor de werkelijkheid, het geweldige optimisme dat hem bezielde tot een beschouwing van de verhoudingen, die menigeen naast hem niet zonder reden heel wat donkerder placht in te zien, maakten Jaurès tevens ongeschikt om een sektehoofd te wezen. Zij bestemden hem tot een leider van massaas.
,,Onze onmiddellijke taak”, aldus schreef hij in 1897, ,,is het in het leven roepen van een eenswillende socialistische partij. Niet om een despotische en doode eenheid moet het ons te doen zijn, de verschillende socialistische organisaties kunnen en moeten daarbij blijven voortbestaan; maar zij moeten in staat wezen over hun gemeenschappelijke akties op vriendschappelijke wijze samen te beraadslagen en besluiten te nemen. Allen hebben wij hetzelfde ideaal, al zijn wij het over onze strijdmethoden niet geheel eens. De vervanging van den privaten eigendom der produktiemiddelen door den gemeenschappelijke is een veel te diepgaande omwenteling en zet teveel tegenstrijdige gevoelens van hoop en vrees in beweging, dan dat het aan een enkeling geoorloofd zou kunnen zijn, het proletariaat den weg voor te schrijven, dien het tot zijn bevrijding te gaan heeft. Hoofdzaak is, dat ieder onzer vastbesloten is, alle krachten die de nieuwe orde van zaken kunnen voorbereiden, in dienst van het socialisme te stellen.”
Was in den tijd, toen Jaurès deze woorden neerschreef, door de ontwikkeling der verhoudingen de weg tot de eenheid allengs gebaand, kort daarna zou een politiek incident