— 58 —
van serieën geabsorbeerd worden.” En deze wet wordt bereikt, door de direkte verhouding van het getal der frequente serieën, in omgekeerde verhouding tot den duur van den arbeid; in de serieën op-zich-zelf. Met andere woorden, tot hoe meer serieën het individu behoort en hoe korter dientengevolge de enkele arbeidszittingen worden, zooveel te lichter zal de neutraliseerende gerechtigheid in de verdeeling van de arbeidsopbrengt zich voordoen. Met het getal der verschillende belangen van de enkelingen, groeien ook de mogelijkheid van de meest rechtvaardige verzoening en de eenvormigheid van het geheel aan.
De hebzucht werkt aldus ten slotte verzoenend in de harmo-niet. Maar tegenover haar staat nog een tweede impuls van verzoening : de edelmoedigheid. Bijvoorbeeld. Het komt er op aan een bedrag van 216 francs te verdeelen, zegt Fourier, onder negen medeleden eener groep, waarbij het dan toevallig uitkomt, dat de rijksten en welhebbendsten onder de negen groepsgenooten, tengevolge hunner verrichtingen het meest uitgekeerd krijgen. Hierop verklaren dan de beide eersten, dat zij hun kapitaalinkomen in aanmerking genomen, en ook om het genoegen dat hen den arbeid gedaan heeft, zich met het minimum zullen vergenoegen, hetgeen vier franken bedraagt. Dientengevolge blijven en 52 franken over, om onder de overigen te verdeelen. Maar het voorbeeld van de beide eersten volgen de anderen na, alleen deze laten, met het oog op hun geringer vermogen, van het hen toekomende maar de helft vallen, waardoor dus verder nog 20 franken te verdeelen overblijven. De 72 franken worden nu onder vijf armere sociètaires verdeeld, zoodat die 24, 18, 12, 9 en 9 franken krijgen.
Wanneer nu hieruit ook voortspruit, dat de rijkste sociètaires slechts het geringst mogelijk arbeidsaandeel ontvangen — en het grootste deel van hun inkomen trekken al naar de mate van hun kapitaal — dan resulteert daaruit, dat hun aandeel in de alge-meene opbrengst, in omgekeerde verhouding staat tot den afstand waarin de kapitalen tot elkander staan; want voor arbeid en talent bedoelen zij slechts het kleinste aandeel in beslag te nemen. Daarentegen staat hun aandeel in de algemeene opbrengst, met betrekking tot het kapitaalaandeel, in directe verhouding tot de massa der kapitalen. Er komen hier, evenals indephysieke wereld, twee tegen elkander inwerkende krachten in aanmerking: de centripetale, welke hier de hebzucht is, en de centrifugale, die hier de edelmoedigheid vertegenwoordigt.
Ook aan het bevolkingsvraagstuk, heeft Fourier een behoorlijken aandacht gewijd. Juist in zijnen tijd n.1. kwam het boek