Karl Marx en zijne voorgangers

XII

1793 onthoofd, als „Girondist”, die in zijn „Recherches philoso-phiqr.es” („Wijsgeerige’onderzoekingen”) zeer vergaande conclusies trok, omtrent de niet-noodzakelijkheid van den persoonlijken eigendom. Van dezen stamt de stelling, latei' door Pierre Joseph Pioudhon overgenomen: „le propriété c’est le vol” („eigendom is diefstal”), die men meermalen — ten onrechte — eene zuiver sociaal-demokratische noemde.

En hiermede zijn wij genaderd tot het tijdstip der Fransche Revolutie van 1789, dat reeds lang te voren, door de geestelijke propagande der „Verlichting” was voorbereid door de fransche wijsgeeren van de 18« eeuw.

Zij ontsluit een nieuwen tijd. Door haar is de burgerklasse tot macht en invloed gekomen, na haar is de moderne kapitalistische produktiewijze ontstaan en door haar, zijn dus middelijk de voorwaarden tot de sociaal-demokratie van Karei Marx geschapen.

Wij zullen in liet nu volgend hoofdstuk nog nagaan, op welke wijze er reeds in die Revolutie-zelve, gearbeid werd aan of gedacht werd over, socialistische of communistische idealen.