— 171 —
„Toen in Engeland de markt een zoodanige ontwikkeling had verkregen, dat de handenarbeid voor haar niet meer toereikend was, gevoelde men de behoefte aan machines. Men zon toen op de toepassing van de mechanische wetenschap, die reeds in de 18e eeuw klaar was. Het eerste optreden van de fabriek met kracht-bedrijf, wordt gekenmerkt door handelingen, die alles-behalve phi-lantropisch waren. Kinderen werden met de zweep tot den arbeid aangezet; zij werden een voorwerp van schagger, men sloot con-trakten met de Weeshuizen om hen. Men schafte alle wetten omtrent
den leertijd van den arbeiders af____„Ten slotte, waren sedert
1825 bijna alle nieuwe uitvindingen, het gevolg van wrijvingen tusschen arbeiders en ondernemers, die tot eiken prijs de vakontwikkeling van den arbeid van hare waarde wilden berooven. Na elke, eenigzins beduidende werkstaking, werd er eene nieuwe machine ingevoerd. Zoo weinig zag de arbeider, in de toepassing van machines een soort rehabilitatie, een soort wederherstelling, dat hij in de IS15 eeuw, zéér lang weêrstand heeft geboden aan de ontstane heerschappij van deze krachtautomaten.
„Alles tezamen genomen, heeft de invoering van machines de verdeeling van den arbeid in de samenleving doorgevoerd, het werk van den arbeider in de werkplaats vereenvoudigd, het kapitaal geconcentreerd en de menschen verbrokkeld— „Wat de verdeeling van den arbeid in de mechanische fabrieken ken-teekent, dat is, dat zij elk speciaal karakter verloren heeft. Maar van het oogenblik af, waarin elke bijzondere ontwikkeling ophoudt, wordt de behoefte aan universaliteit, het streven naar eene alzijdige ontwikkeling van de individu, meer voelbaar. De automatische fabriek doet de specialisten en het vak-idiotisme verdwijnen.
De heer Proudhon, die niet eens deze revolutionaire zijde begrepen heeft, doet eene schrede terug en slaat den arbeider voor, niet alleen het twaalfde gedeelte van een speld, maar voor en na, alle twaalf deelen van den speld te vervaardigen. De arbeider zou dan aldus tot de wetenschap en tot het bewustzijn van den speld kunnen komen.... „Alles bij elkander genomen, komt den heer Proudhon niet verder dan tot het ideaal van den kleinen burger. Teneinde dit ideaal te verwezenlijken, valt hem niets beters in, dan ons terug te voeren naar de periode van de handwerksgezellen, hoogstens naar die van de handwerksmeesters uit de Middeneeuwen. „Het is genoeg,” zoo zegt hij ergens in zijn boek, „een enkele maal in zijn leven een meesterstuk vervaardigd te hebben, om zich een enkele maal als een mensch te hebben gevoeld.”.....Is dit