De doolhof

Titel
De doolhof

Jaar
1940

Druk
1946

Overig
2ed 1946

Pagina's
222



zaam een zware reiskaros, die met zijn gansche breedte onze bescheiden oprijlaan overvulde. Ik hing den vos in het bit, dat hij zich trillend in den veengrond plantte en onze vaart werd gebroken. Het volgend oogenblik stond ik naast mijn sidderend dier, streelde hem en klopte hem op den nek, tot zijn schichtig oog mij weer ging zien en hij zijn neus in mijn hand stak.

Nog staande naast mijn goeden gezel, zag ik tusschen de stammen door, hoe de karos het kleine rondpoint voor ons paviljoen omreed en op knarsende wielen remde. Ik had den wagen herkend, reeds onbewust herkend toen hij nog een acuut gevaar beteekende, doch nu scherp bewust, in een stortvloed van opwindende, verwarrende, meerendeels onaangename gevoelens. Het was de reiswagen van mijn voogd, den comte d’Auzun, en ik vreesde dat hij, als bij vorige gelegenheden, was gezonden om mij af te halen. Driemaal in de jaren waaraan ik herinnering bewaarde, had ik in zijn leeren kussens den weg naar Château d’Auzun afgelegd. Bij zijn aanblik voelde ik weer den tragen gang op de deinende veeren, zag ik de uitgestreken facies der bedienden en de slaafsche gebaren der herbergiers bij onze pleisterplaatsen. Reizende in dit deftig vehikel had ik mijn geliefde wereld telkenmale zien veranderen in een

6

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.