De Jacht op de Vlinder

Titel
De Jacht op de Vlinder

Jaar
1932

Druk
1954

Overig
herdr 1954

Pagina's
42



Spottend nepen zich de lippen van de Heerser, eer hij zeide: ‘Tuï, bevallige vogel, uw aanstaande echtgenoot blijkt afkerig van de vreugden, die gij hem bieden zult. Ga hem tegemoet en breng hem de groet der echtgenote, dat hij uw schoonheid ziet9. Shen Ti Yü lag neergedrukt op zijn knieën; aan iedere zijde hield een helper zijn schouder in de greep die machteloos maakt. De Uitvoerder der vonnissen klemde zijn vuist in Shen Ti Yü9s haarvlecht, zodat hij het hoofd niet kon afwenden.

Toen daalde Tuï van de troon. Langzaam naderde zij op haar kleine voetjes, ieder pasje klonk met een helder tikje op de koperen vloer. Shen Ti Yü zag haar naderen. Haar wangen waren zacht als de rijpe perzik, haar ogen diep als de kom waarin de rijste-wijn wacht, haar handen gesmijdig als de wiekende vlucht van vogeltjes. Maar haar angstig, halfopen mondje was aandoénlijk, als het snikje van een zuigeling in het oor der moeder.

Zo zag Shen Ti Yü haar naderkomen, en haar nadering werd zijn marteling. Als de roodgloeiende staaf die zal brandmerken, was de nadering van

37

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.