De wonderbare genezing

Titel
De wonderbare genezing

Jaar
1929

Druk
1929

Overig
1ed 1929

Pagina's
144



gestoken en juffrouw de Groot is erbij gaan zitten met Jantje. Straks zal ze nog wel de aardappelen schillen voor morgen.

Het is zeven uur. Hij kan vandaag niet meer komen. Waarom heb ik de kaarsen aangestoken op de oude bronzen kandelaar en wacht of hij komt, hoewel ik weet, dat hij niet zal komen? Waarom dwing ik mijn gedachten naar hem toe en kan ik huilen omdat mijn gedachten niet sterk genoeg zijn, om hem hierheen te dwingen?

Toch heeft Clara gezegd, dat het kan.

Waarom gebruik ik een recept van Clara ? Waarom ?

Ik vraag en weet niets. Ik hoop alleen van minuut tot minuut, dat ik niet alleen zal blijven.

Ik heb in de heele wereld toch niet anders dan zijn oogen.

Nu is het de eerste dag. Kerstavond is voorbij. Ik krab het kaarsvet van mijn leegen luchter.

Ik ben een overspannen oude vrijster. Dat weet ik. En waarschijnlijk weet hij het ook. Hij had medelijden met me en daarom kwam hij me nu en dan opmonteren als het hem schikte. Want hij weet natuurlijk, dat het goed is om een eenzaam mensch wat afleiding te bezorgen. Hij houdt ervan om goed te zijn. En misschien houdt hij zoo nu en dan ook wel echt van de dingen.

Och ja misschien is het wel echt. Want voor hem is het heel gemakkelijk om van de menschen en de dingen te houden. En ernaar te kijken met oogen, die opengaan. Want hem komt alles tegemoet. Maar mij niet. Waar








41

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.