De oude zaak Godefrooi

Titel
De oude zaak Godefrooi

Jaar
1921

Overig
Boek van Scherts en Minnarij

Pagina's
210



13

groote aannemers en eigenbouwers „dat volk.” Een timmerman loopt niet zonder werk! placht hij altijd te zeggen tegen menschen die bij hem om werk kwamen en dan bedoelde hij de oude stumpers met leeren voorschoten en tabakspruimen onder de pet. En, dat voegde hij er niet bij maar dacht het toch, dat iemand die zich timmerman noemt en de winkels afloopt om werk te vragen, in elk geval maar een van gering gehalte kon zijn.

—    Zou Sammelaar niet een willen uitleenen? raadde Ferdinand vragend.

—    Sammelaar, jongen — hoe heb ik het nou met je? vroeg Godefrooi verwonderd. Die heeft nou toch zeker zijn handen vol met schoonmaken.

Ferdinand beet zich op de lip; inderdaad was vader’s verwondering volkomen gerechtvaardigd. Immers, baas Samme-laar’s zaak was niet zoo oud van datum, maar wel zoo ouderwetsch als die van Godefrooi en daar knapte men nog allerlei werkjes voor de klanten op, waar men in moderne winkels geen begrip van had. Zoo onder meer moesten Sammelaar’s knechten in het najaar de huizen van vele ouderwetsche eigenaren luchten en van binnen en van buiten schoonmaken, even voordat de bewoners van hun buiten terugkwamen. Dit werk, door meer verlichte eigenaren aan glazenwasscherijen opgedragen, was in het oog van de ouderwetsche bewoners der heerenhuizen aan de grachten een post van groot vertrouwen en piëteit en kon deswege alleen aan een ouderwetschen timmermansbaas worden toevertrouwd. Neen — Ferdinand wist het drommels goed, Sammelaar had nu zijn handen vol, zoo goed als Godefrooi. Maar toch wachtte hij zich wel zijn vader te raden de arbeidsbeurs op te schellen of iemand „van de straat” te nemen.

—    Dan weet ik alleen maar Blaaskamp. Of weet u beter?

Baas Godefrooi fronste de wenkbrauwen; dat deden alle

burgerbazen als er sprake was van baas Blaaskamp. Niet omdat de man of zijn volk uitmuntte door inferieure kwaliteiten of dat er aan zijn winkel wel eens iets gebeurde dat niet in orde was. Gunst nee. De man had enkele zeer goede klanten waaronder groote gestichten en kapitaalkrachtige hofjes. Maar, hij was jong, te weten, zijn zaak dan en hij waagde zich nu en dan aan een nieuw werkje bij inschrijving. En dat.... ja .... Als men er klanten opnahield die je het werk niet direct van harte gunden maar die ook wel andere bazen om prijs vroegen, dan kon het niet anders of rasechte

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.