De oude zaak Godefrooi

Titel
De oude zaak Godefrooi

Jaar
1921

Overig
Boek van Scherts en Minnarij

Pagina's
210



10

tellen, is het gewenscht, de familie Godefrooi ter kennismaking met de lezers naar voren te brengen.

De „familie” Godefrooi dankte de welgezindheid van zekere kringen ten opzichte harer, aan haar reputatie. Deze, was weer een andere, dan die der „zaak”. De overlevering vermeldt er niets van, hoéver deze familie-reputatie in het verleden teruggaat. Zoodat we gemakshalve maar veronderstellen dat hieromtrent geen zekerheid bestaat en ze wel even oud zal zijn als die der „zaak”.

De „reputatie" luidde dat de familie was, kerksch en fatsoenlijk. Pieter Godefrooi, meester timmerman en makelaar ging niet slechts eiken Zondag met vrouw en kinderen naar de kerk, maar ook liep hij daar rond, met een langen stok in de hand aan welks eind een zwart zakje bengelde.

In dat zakje verzamelde hij de giften der bezoekers en in dat verzamelen was hij door jarenlange praktijk zoo’n kraan geworden, dat een bezoeker zich zoo raar niet kon verschansen tusschen banken en achter pilaren, of collectant Godefrooi wist hem met zijn zakje te bereiken en tot een gift te noodzaken.

Deze bekwaamheid in het collecteeren scheen samen te gaan met dezelve, benoodigd om timmermanswerkzaamheden te verrichten aan kerk- en wijkgebouwen. Vele dezer werden immers aan Pieter Godefrooi opgedragen en door hem naar tevredenheid uitgevoerd. Naar aller tevredenheid, ook naar zijn eigen. Aan de bittertafel had Godefrooi zich namelijk eens laten ontsnappen dat elke eent of knoopje in zijn col-lectezakje gegooid, hem wel een gulden werk en een kwartje zuivere winst opbracht.

Pieter Godefrooi was echter niet slechts kerksch en fatsoenlijk, doch ook aanzienlijk. Dit in hoofdzaak, wijl hij eigenaar was van een aantal goed rendeerende huizen en ook nog wat vrij kapitaal bezat. Voor het overige was hij een man van vijftig jaren, niet groot en niet klein, niet erg snugger doch bij de hand genoeg om de oude zaak in het beproefde spoor te houden en vriendelijk te zijn, waar hij voordeel verwachtte. Hij was niet „kwaad” voor zijn personeel en deelde nagenoeg nooit standjes en snauwen uit, wijl zijn mannetjes te vrees achtig waren om daartoe aanleiding te geven. En, op de werkbank bij de deur lagen altijd eenige halve centen welke de krullenjongen mocht verdeelen onder de dagelijks komende bedelklanten.

Godefrooi had het altijd druk; zoo niet met werk, dan toch met praatjes. Altijd kletste hij, met zijn vrouw of met

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.