MELK EN EIEREN.
Barrèl werd wakker in het bed van de Statige Feminsite.
Lang en schraal, bonkig en beenderig, lag ze naast hem, zonder zelfs een schijn van statigheid of waardigheid aan zich te hebben. Hij herinnerde zich, dat hij den verschenen nacht er naar had gestreefd en getracht, door middel van haar lichaam, haar ernst en waardigheid te veroveren, en vond dat nu hoogst onbegrijpelijk. Zooals ze daar lag, zou hij voor haar bezit, zelfs niet indien ze een museum vol waardigheden be-teekende, momenteel ook maar het minste willen geven, dacht hij.
Zij werd wakker, door zijn onverschillige beweging van opstaan. Nauwelijks was zijn tegenwoordigheid tot haar ge-dachtewezen doorgedrongen, of ze trok, kuisch, de deken strak om haar mager lichaam.
— U gaat nu zeker direct naar Uw eigen kamer? zei ze, eerder bevelend dan vragend.
— Réken maar, ik was al niet anders van plan.
Hij sprong het bed uit en greep zijn sokken.
— Doe mij het genoegen, U op Uw eigen kamer te klee-den, zei ze dringend. Hoe komt U er bij? Ik begrijp niet, hoe ik er toe kwam, U hier toe te laten.
— En ik óók niet, mopperde Barrèl hatelijk.
Hij pakte zijn kleeren bij elkaar en liep, zonder haar te groeten, de deur uit. Zijn maag kriebelde en voor den eersten keer sinds, zijn verblijf in ’t Brokkenhuis, verlangde hij naar den gongslag voor het ontbijt. De corridorklok wees echter reeds elf uur aan.
De Sombere Man kwam sloffend de kamer der Naakte Dame uit en groette hem, vermoeid. Barrèl groette hem terug, vluchtig, maar niet onvriendelijk.
166