en verzorgde haar nagels, tanden en gelaatskleur, houding, stem en oogopslag met méér ernst, dan ze in maanden had gedaan; het Dronken Gezicht causeerde uren lang tegen zichzelf, lachte soms tot de tranen over zijn wangen kropen en ontroerde dan weer tot zijn stem stokte en zijn oogen pijnlijk droog vooruit staarden; de Zeenymph repeteerde sprongen, lichaams- en kniebuigingen en studeerde gansch nieuwe dansen in; de Sombere Man speelde dag aan dag de vreemdste, ontroerendste composities op den vleugel, welke le Grand in zijn kamer had doen brengen.
Barèl schilderde. Hij fantaseerde den mensch, in zijn verwording van aapmensch tot over ethiek zwammend kunstenaar, in kleuren en vormen, beiden even grillig, op een gespannen stuk linnen.
Zij allen zagen noch hoorden elkaar, doch voelden intuïtief, dat ieder der begiftigden bezig was, de kracht van zijn invloed op de anderen beproeven. En een elk voor zich beschuldigde de anderen ervan, hem of haar uit eigen kamer te willen lokken, om dan te prikkelen tot de daad, aan welke de Sombere Man ter nauwernood was ontkomen.
Een week ging voorbij, zonder dat iemand slachtoffer werd; de vrees verminderde en de „nieuwsgierigheid” werd grooter. De gedachte aan mogelijken eigen val verflauwde en bewuster werd bij een ieder de drang, één der anderen tot zelfvernietiging te verleiden.
De Oude Dikke Dame was de eerste, die haar deur op een kier liet staan en luider ging zingen. De anderen volgden spoedig dit voorbeeld, zoodat binnen weinige dagen, alle deuren dag en nacht open bleven.
Het geleek een wedstrijd. Ieder voor zich trachtte, door middel van zijn of haar nieuw talent, een der anderen te impo-neeren en door het prikkelen der „nieuwsgierigheid” te sugge-
H4