in den tusschenmuur, pleister hem weer ordentelijk bij en zorg dat de eerste verdieping niet naar beneden komt.
De aannemer schudde wijs het hoofd.
— Ik bedoel maar, dat we zullen probeeren het voorloopig zonder bouwvergunning te stellen, verbeterde hij zijn vraag. Want, wanneer we die moeten aanvragen, duurt het minstens veertien dagen voor we kunnen beginnen. Maar dan waag ik het maar. We moeten er natuurlijk een ijzeren balk in aanbrengen.
Mijnheer Lobbes stond alweer op den drempel.
— Goed, best, morgen dus! riep hij.
Ziezoo, dat had hij vlug en knap klaargespeeld. Hoe laat was het nu?
Vijf uur.
Naar huis, chauffeur! riep hij.
Mijnheer Lobbes nam zich voor, als zijn vrouw en dochter weer zoo vreemd deden, zich nog geduldiger te betoonen dan straks. Hij was er van overtuigd, dat hij alles had gedaan om een scène te voorkomen. Nu echter zou hij zich nóg meer inspannen en alles toegeven, om zijn huisgenooten niet opnieuw te prikkelen.
Toen viel hem in, dat hij het dienstmeisje had ontslagen. Dus, zou het eten ook weer niet op tijd klaar zijn. Hij kende geen ellendiger tijd, dan die, welke verstreek tusschen thuis komen en aan tafel gaan. Het zou hem niets verwonderen, als Cora en zijn vrouw nu weer opnieuw de gelegenheid aangrepen, om op hem te vitten en te brommen. Voornamelijk naar aanleiding er van, dat hij Lena had ontslagen.
En Karei had óók al gemopperd, viel hem nu in. Dat moest dan toch een of andere oorzaak hebben ; ja, een gemeenschappelijke oorzaak.
Als de familie, tijdens zijn afwezigheid, eens iets verkeerds had gegeten, iets dat hun hersenen had vergiftigd ?
32