De gezellige staking

—    Nei godfer____

—    Oupe die deur. Bons!

Schele Ko gaf er een trap tegen die dreunde. De werkman in den winkel vluchtte naar achter. Baas Hooglandt verscheen in den winkel met een revolver in de hand.

De schele deinsde terug.

—    Jonges — hai goat schiete!

—    ’t Is me nogal wat keirel — ’t laikt wel een waif, smaalde Smul.

—    Maar hij is niet zoo veel wijf om niet te schieten, waarschuwde Joop schertsend.

Daar suisde iets langs zijn hoofd en vloog door de deurruit tegen Hooglandt aan. Daan Kropsla had in zijn zak nog een ijzeren fitting gevonden en die met kracht door de ruit geslingerd.

Hooglandt snelde woedend naar de deur en trok tegelijk zijn pistool af. Het wapen ketste waarop hij het driftig in een hoek slingerde. De knokploeg even geschrokken was er weer dadelijk bij.

—    We moesten het hierbij laten voor dezen keer, stelde Joop voor. Er is vandaag nog zat te doen — laten we ons hier niet ophouden om dien ouden kerel. Er zijn karweien waar ze met hun drieen en vieren bezig zijn.

—    Motte we dan moar op ons loate skiete dour sou’n fuile poap.

Joop proestte het uit.

—    Ik heb dat lor eens twintig keer achter elkaar geprobeerd en alle keeren weigerde het. Het is een ketspistool.

—    Manne motte we ’t ’m inpeipere of goane we de karre-weie afloupe?

—    Moar oploasere, schreeuwde er een die naar huis verlangde.

91