wijls, dat ons klagen onredelijk is. Een korte periode van geluk, zelfs al werd die plotseling afgesloten, blijft voor ons toch altijd een geschenk van het leven, dat ons nooit en door niemand ontnomen kan worden.
Hij sprak op zachten toon, eigenlijk meer tot zichzelf dan voor haar bestemd. En het was hem, of hij dien vreeselijken tijd weer doorging, toen hij, in zijn angst, van wanhoop geestelijk te bezwijken, zoo tegen zichzelf mijmerde, om zich nieuwe energie in te spreken. Zijn periode had kort geduurd en hij kon er nu met een glimlach aan denken, maar het had hem veel wilskracht gekost.
Gertrud zweeg geduldig, uit schaamte dat ze zich tegenover een niet-Duitscher, dien ze geheel niet kende, vertrouwelijk had uitgelaten en nog meer uit verstoordheid op hem. Het was niet de herinnering aan Hans die haar mistroostig en ellendig maakte, maar dat andere. En nu hield deze man, die eerst deed alsof hij haar wou helpen, een preek tegen haar over dingen die haar onverschillig waren, inplaats haar rechtstreeks te vragen hoeveel geld ze noodig had. Dat maakte haar wrevelig, maar toch kon ze het niet van zich verkrijgen een toespeling er op te maken, dat ze aan een klein sommetje geld méér had, dan aan de gevoeligste woorden. Spreken over geld, immers, stelde haar meteen op één lijn met de meisjes, die geld aannamen. Doch, door te zwijgen zou ook weer deze geringe kans haar ontgaan en kon ze naar huis wandelen, vervuld van wanhoop en met een nacht van pijn en radeloosheid in het vooruitzicht. Nu Max echter zweeg, overlegde ze, hoe ze het gesprek in die richting zou kunnen stuwen, welke haar het meest gelegen kwam, zonder dat ze iets van haar trots hoefde te offeren.
— Ik heb al dikwijls geprobeerd er niet meer aan te denken, zei ze zacht. En dat zou ook wel lukken, als er maar niet nog iets anders was, dat me hinderde.
— Weer een nieuwe liefde?
Ze schudde het hoofd.
— Nee? Wat kan er in het leven van een jong meisje dan nog méér voor verschrikkelijks voorvallen, waar ze het lachen door afleert?
Het scheen echter dat zijn scherts haar nog ernstiger maakte, dan ze al was.
Kom, zeg het nu maar, zei Max, aanmoedigend. Wie weet, kan ik je wel op de één of andere manier helpen.
— Ja, misschien wel, gaf ze, aarzelend, toe. Maar.... dat zou misschien véél geld kosten.
Geld.
Dat woord maakte hem opeens weer geheel nuchter. Ze speelde dus komedie, om geld los te krijgen. En hij, ezel, had zich laten beetnemen door het zwaarmoedigheids-masker van een glad Gretchen-gezichtje.
Hij voelde zich wrevelig worden. Het hinderde hem dat hij zoo sullig
9