Trouwen

Titel
Trouwen

Jaar
1921

Pagina's
194



TROUWEN. 113

— Wij moesten maar ’t veld ruimen vader, oordeelde Bram’s grafstem. Voor ons heeft nou niemand meer oog of oor. U weet ’r alles van : „Als ’t kindje binnenkomt......” de rest is óok zoo. Als ’t

schoonzoontje binnenkomt, telt men ons niet meer. Dat komt ervan, als men dochters heeft en men laat ze trouwen met mannen.

— Sim — lust je een broodje? Je zal wel honger hebben, jongen.

— Je moeder zal er niets over te spreken zijn, denk ik, knuffelde Jetty.

— Eén broodje maar ? Toe Sim, neem er drie, vleide Selly. Waarom eet je niet, vóór je gaat fietsen ? Je ziet ’t naar van uit.

— U hoort ’t vader, ’t vertroetelen is alweer begonnen. Ik ga vooruit.

— Wacht ’s, daar ben ik al driftkop, wacht nou even. Rachel, m’n hoed, m’n stok.......

Sprinqer, Trouwen-

8

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.