TROUWEN. 103
Ja, wel had het huis, het meeste recht op feesttooi, nu zijn oudste kind het verliet, in geluk......
Het ontbijt dien morgen, duurde nu een uur en nóg maakte geen der huis-genooten beweging van opstaan. Het was geen bovenmatige honger, die de familie Goudeket zoolang bijeenhield, ditmaal; gegeten werd er niet méér dan anders. Wel, braaf geschertst en gelachen.
Alles scheen anders, dan anders. Hoewel de thee niet beter was dan andere ochtenden, oogstte ze lof van allen. Papa, die gewoonlijk ontbeet met een kop in de eene en het ochtendblad in de andere hand en dan maar mopperde op „dat heete drinken” en de „idiote tooneel-recensies” die naar zijn zin altijd een veel te groote ruimte innamen, scheen nu met alles vrede