Naar Rapidolië het zesde werelddeel

Titel
Naar Rapidolië het zesde werelddeel

Jaar
1927

Pagina's
134



Met een tweede stokbeweging dreef Don het gansche Ellipsenleger terug. Dat was een schitterend gezicht, ongeveer vijftienhonderd groote roomgele bloedworsten als bestuurbare ballons te zien terugvaren.

Nu had Don de ruimte in de lucht vrij, die hij voor zijn plan noodig had.

—    Valt elkaar aan, gebood hij de Kubussen.

Een oorverdoovende, nooit gezien luchtslag volgde. Twee duizend Groene Kubussen stieten woedend tegen elkaar aan, zweefden terug en herhaalden den schok. Honderden door midden gekloofde of zwaar beschadigde Kubussen stortten op de rotsen ten pletter. Ze bliezen groote gaswolken uit, die gedurende eenige minuten het zonlicht verduisterden.

Het was alsof de Kubussen naar zelfvernietiging verlangden, zoo ijverig poogden ze elkaar tot den laatste toe kapot te stooten. Het gevecht leek op dat der twee honden waarvan alleen de staarten overbleven. Het regende Kubusonderdeelen.

Toen de gaswolken waren opgetrokken zweefden er nog maar enkele tientallen onbeschadigd in de lucht. Manus danste van pret op zijn Kubus, zoo’n schik had hij in Don’s uitvinding. En de taal die hij uitwierp is ongeschikt

om hier te vertellen. Zoo erg haatte hij die groene monsters.

Nu de Roomgele Ellipsen zagen dat hun vijanden geen kwaad meer konden doen, zweefden zij op Don toe en zeiden in hun taal iets tegen hem. Door middel van zijn stokje verstond hij dat ze hem verzochten de laatste Kubussen genade te schenken.

— En als ze zich nu eens snel weer vermeerderen en jullie weer aanvallen? vroeg hij.

— Dat durven ze nooit weer, zei een groote Ellips met een klein Ellipsje rechtstandig op zijn voorstuk, vleiend. Nu U ons helpt durft zelfs het volk der Vuurroode Bromtollen ons niet aan te vallen.

—    Goed, zei Don. Terug naar je land! gebood bij de laatste Kubussen en probeer je vorm te veranderen. Misschien veranderen jullie slechte manieren dan ook wat.

De Kubussen gehoorzaamden. De kinderen daalden in de vallei en werden begroet met een huldezang der jonge Roomgele Ellipsen.

Manus bemoeit zich met de opleiding der Roomgele Ellipsen.

De groote Ellips met het kleine ellipsje op zijn voorstuk bleek de koning der Roomgele Ellipsen te zijn. Hij heette Ellipsicus en had een dochter Ellipsica, die verloofd was met haar neef, Ellipsicatorus.

Ellipsica maakte een buiging voor Don en noodigde hem en zijn vriendjes op een eerefeest, in het koninklijk paleis uit.

62

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.