„Ik geloof ook, dat jullie de paarse maar moesten nemen,” zei moeder vriendelijk, ,,ze zullen heel mooi in je tuintje staan.”
De juffrouw, blij, dat haar raad aangenomen werd, zocht nu de mooiste potjes voor Jo uit, nijdig aangekeken door den koopman, die ’t niet noodig vond, dat ze er zich mee bemoeide.
Twee bakken werden nu apart gezet en zouden aan huis bezorgd worden.
Jo en Dien waren opgetogen over zóó’n bloemenschat en moeder moest de twee opgewonden standjes in bedwang houden, anders hadden ze zeker dansend de bloemenmarkt verlaten.
27