Wisselend getij

Titel
Wisselend getij

Jaar
1938

Druk
1938

Overig
1ed 1938

Pagina's
187



25

Pol, toen ze bij hun kamer aankwamen en wijzend naar een andere kamer waarvan de deur open stond. „Net of ’t allemaal lichtjes zijn.”

„Wat zou daar zijn?” fluisterde Pim.

„Een spookkamer!” gichelde Pol.

„Jakkes, engerd! ik droom er vannacht van.”

Pol liep even terug, keek om den hoek van de openstaande deur en riep:

„Kom eens kijken, hoe beeldig!”

De maan, die door de flonkerende gekleurde ruitjes scheen, verlichtte een mooi oud altaar, waarop tusschen bloemen een schitterend Maria-beeld. Er vóór een van die oude bidbankjes van gebeeldhouwd houtwerk met gobelin zitting.

„Wat rustig en mooi,” fluisterde Pol.

Maar Pim, die moe en nerveus was, zei wrevelig:

„Toch eng en spookachtig. Ik weet zeker, dat ik er van droom.”

Maar toen ze in bed lag, onder de frissche lakens was haar vermoeidheid als bij tooverslag verdwenen en lag ze stil te genieten van de rust om haar heen en de zoete geuren, die opstegen uit den tuin.

En opeens hoorde ze den klaren zang van een nachtegaal. „Pol, Pol!” riep ze. „Hoor je den nachtegaal?”

En Pol in half-slaap prevelde: „Nog zes kilometer.”

HOOFDSTUK II

„Wat zeg je tegen zoo’n man?” vroeg Pim, toen ze den volgenden ochtend op het terras hun ontbijt geserveerd kregen door een onberispelijken ober-kellner.

„Maitre d’Hótel,” onderwees Pol.

„’n Heel mondjevol! Ober is wel zoo gemakkelijk. Zeg, daar












Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.