58
Chita hoorde op het balcon van haar kamer het uitbundig geschreeuw en terwijl ze zich in den fauteuil waarin ze zat te lezen, dieper nog nestelde, dacht ze met stille vreugde, dat ze nu lekker met al dat gejuich en gejoel niets te maken had.
„Ze zijn zeker plannen aan het beramen. Mij best! O, wat verveelde me al die opgeschroefde pret! of eigenlijk voelde i k alleen het maar als opgeschroefd, die anderen joelden en pretrokten van gan-schen harte. Hoe kunnen ze! We hebben van alles en nog wat gedaan en ik heb er niets anders van overgehouden, dan een akelig, leeg gevoel, net als een pop, waar het zaagsel uitgeloopen is en een groot verlangen naar iets. Waarnaar weet ik eigenlijk zelf niet. Ik wou maar dat er iets gebeurde. Voor mijn part iets tragisch! maar iederen dag dat plannen maken, en dan maar hollen en draven en baden en flirten, en dansen en mekaar in de haren zitten, bah! ik heb er driedubbel genoeg van. En dan al die verliefde joggen! Er is er niet één bij, dien ik de moeite waard vind. Vroeger dacht ik wel eens: ik wil een man hebben, die me een rijpaard kan geven. Nou, Tom zou me een rijpaard kunnen geven, maar met een heele stoeterij, zou ik Tom nog niet willen hebben! En Henk van Tiele? Ook al zoo'n verwend jog, opgevoed door een rijke Grootmama. Ik vond hem eerst wel bar aardig, maar toen zag ik opeens, dat hij eigen gebreide sokken droeg! Stel je voor! een man met twee recht, twee averecht sokken!
Hij kan geen goed meer bij me doen. 0? wat is