Wending

Titel
Wending

Jaar
1934

Druk
1934

Overig
1ed 1934

Pagina's
227



39

„En wij vier! maar denk je, dat ik één zoo'n boerenstoetel bij name ken?"

„Ook niets voor jou," zei Wim, die in Chita's woorden een geringschatting voor Eef meende te voelen. „Jij hebt veel te veel tijd voor je toilet noodig om nog aan iets anders te kunnen denken."

„Zeg," lachte Eef, „er is lang vrede geweest. Die Weldammetjes zijn zulke geboren kibbelaars; als je niet oppast, zitten ze elkaar om de vijf minuten in 't haar. Zijn jullie ook zoo ruzie-makerig?" dit tegen Titia.

„Welneen," er klonk, dacht Chita iets kleinee-rend's in Titia’s stem, „Stel je voor! we zijn toch geen kleine kinderen."

„Och,” Chita nam het kleine sigarettenkokertje uit haar tasch, stak een sigaret op, en terwijl ze den blauw kringelenden rook peinzend na keek, zei ze: „Zoo’n beetje wrijving van gedachte is wel prettig. Ik vind menschen, die zoo op alles ja en amen zeggen, onuitstaanbaar. En ik heb liever te doen met iemand, die me fiks den mantel uitveegt, dan met een, die zich keurig weet te beheerschen als ik iets doe wat 'm niet bevalt, maar stiekem allemaal leelijks van me denkt, Wat niet wegneemt, dat m'n lieve broer 't wel eens overdrijft, want d i e vindt ieder woord wat ik zeg dwaas, iedere handeling a priori verkeerd, niet broerlief?"

„Ik ben het tegengif voor alle bewierooking van buiten af, laten we het zoo zeggen,” zei Wim plechtig.




Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.