Wending

29

„No roddeling allowed!" waarschuwde Eef,

„Wat zeg je daar?" vroeg Wim.

„Roddelen verboden. Weet je niet wat roddelen is? Dat is kwaad spreken. Bart — onze beeldige beeldhouwer en z'n kornuiten noemen dit zoo en aangezien kunstbroeders danig kwaad kunnen spreken, heb ik een kartonnen kaartje in Bart’s atelier opgehangen, waarop in gulden letters: no roddeling allowed!”

„Zeg, hoe kom jij in ’s hemelsnaam opeens zoo intiem met de goudvisch?” vroeg Chita.

„Door tante Miep."

„Wie is dat?"

„Mevrouw van Haren, Die dierbare schat heeft ons bijeen gebracht en ik moet je zeggen, Titia valt heel erg mee. Ze is lang zoo drakerig niet als jij wel denkt. Ik geloof, dat ze verlegen is en daarom wat ongenaakbaar doet.”

„O, hemel!” proestte Chita. „Eef is weer bezig stralenkransen om hoofden te winden. Daar ben jij sterk in!"

„Beter dan direct alles af te kammen, zooals jij doet,” vond Wim.

„Jij spreekt nooit kwaad!”

„Geen jij-mopjes, zuslief!"

„Toe," suste Eef, „Ga nu niet weer direct kibbelen."

„No kibbeling allowed!” lachte Wim,

„Ah! daar is juffrouw van Eerden al.”

Hij nam haar racket van haar over en gevieren