Het hol van Kaan

Titel
Het hol van Kaan

Jaar
1919

Pagina's
253



met ze, kreeg hij ’n raar gevoel in z’n hart, hetgeen hij niet anders wist te uiten, dan met de woorden: „En tóch zullen we nog fijn spelen, hoor Paul! En onze bende blijft bestaan, mèt of zonder het Hol.” Daarmede is voor hen allen het beklemmende gevoel weg en ze voelen zich weer de oude roovers.

„Hiep höj, knullen,” schreeuwt Puckie. „De bende van Kaan gaat nooit verloren!”

„Nooit!” galmde ze allen mee.

„En Ambro blijft onze opper-rooverhoofdman,” zegt Wim.

En midden in de Diergaardelaan maken ze een kring om Ambro en onder het gejuich van „lang zal ie leven” dansen ze hand aan hand om hem heen.

Daarop brengen ze ’m naar huis en voor de deur vinden ze ’t nog eens noodig een hoera’tje aan te heffen.

„Waarom maken jullie vandaag eigenlijk zoo’n keet?” vraagt Ambro.

Ja, dat wisten ze niet te zeggen.

DE KERMIS.

De groote vacantie is begonnen. Drie van de bende zijn naar buiten, de rest heeft nu een trouw kwartet gevormd en heeft zich voorgenomen de heele vacantie zoo genoegelijk samen door te brengen.

Op een dag, toen ze afgesproken hadden bij de Delffcsche Poort samen te komen, om vandaar uit



220

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.