74
maakt en ze samen schimpten op Sally' s belachelijke dweperij met Norine en haar intimiteit met Fred, dien ze nog maar zoo kort kende.
Paul amuseerde zich intusschen zeer met Margret's woede en constateerde voor de zooveelste maal, dat vrouwen als ze kwaad op elkaar zijn, veel hatelijker zijn, dan mannen.
Intusschen was het gezelschap bij het kleine station aangekomen, waar de trein, die hen naar Kleine Scheidegg zou brengen, reeds klaar stond.
„Halloh!" Sally stootte een verrukte kreet uit, toen ze Norine ontwaarde, die met meneer en mevrouw van der Meerlen wat vroeger weg was gegaan, omdat mevrouw langzaam liep.
En Fred, met een kleur van genoegen, begroette Norine onstuimig.
„Waarom zei je niet, dat je ook ging?" vroeg hij verbaasd.
„Omdat ik me toch niet bij jullie aansluit," zei ze zacht. „Ik ben uitgenoodigd door de familie van der Meerlen en we gaan maar tot de Kleine Scheidegg."
„Stel me voor, Norinchen," gebood hij.
„Zum Befehl, Majestat," lachte ze en zich keerend naar haar begeleiders:
„Een landgenoot van u, die er naar smacht weer eens Hollandsch te kunnen praten."
Sally, mevrouw van der Meerlen onder den arm pakkend, bedelde:
„Mogen we bij u komen zitten? ik zal heel braaf zijn en u niet moe maken."