„Wil je me nu met iets reuze mee helpen?” vroeg Tine. „Ga dan naar binnen, neem je viool en speel wat voor me terwijl ik dek. Dan schiet ik heerlijk op.”
„Ge hebt maar te bevelen, vrouwe,” zei Ernst met een hoofsche buiging.
En terwijl Tine de tafel vlug en smaakvol dekte, klonk haar uit de andere kamer de mooie Chaconne van Bach toe.
„Dank je,” zei Tine, toen hij de viool neerlegde. „’t Was meer dan fijn en mijn tafel is klaar.”
„Wat keurig,” zei Ernst bewonderend.
„’t Is een echte feesttafel, zeg! Wat ben je toch een kraan. De beste restaurateur kan tegen jou niet op.”
Inderdaad, zag de tafel er met haar mooi tafelzilver en fijn geslepen kristal prachtig uit. De geheele tafel was omrankt met frissche slingers aspéragis en rose anjers. Het was een keurige versiering.
„Zoo,” zei Tine. „Nu doen we de suitedeuren dicht en ontvangen onze gasten in den salon. Ik moet me nog even verkleeden, hoor ! En dan kom ik rustig bij je zitten.”
Ze zond hem een kushand toe en snelde toen naar de slaapkamer.
Even later kwam ze weer beneden in een allerliefst japonnetje van roomkleurige charmeuse, heel simpel gemaakt, met als eenige versiering
226