Durieu die zijn hoofd om de deur van zijn studeervertrek stak.
„Jongens ! Juffrouw Bergsma !” riep ze naar boven.
„Ja, ja, we komen!” riep Herman naar beneden.
„’t Is tijd om aan tafel te gaan,” zei de stipte Juffrouw Bergsma, terwijl ze toch in een vaartje de trap afliep.
Karel en Leo, die door Herman naar beneden getrommeld waren, kwamen ook al aangehold.
„Tine blaast alarm !” riep Leo.
In het midden van ’t studeervertrek stond Tine en nooit had het prinsesje er zóó stralend en gelukkig uitgezien.
„Vader, lieve, ouwe, beste vader, ^e blijven, we blijven hier ! We gaan niet weer weg !”
„Wat zeg je daar ?” riepen allen als uit één mond.
En toen begon Tine op de haar eigen onstuimige manier hun alles te vertellen, ’t Was goed, dat Ernst haar hiermee hielp, want ze was zóó opgewonden, dat er aan haar verhaal geen touw was vast te knoopen, ze haalde alles door elkaar. Het einde ervan was, dat ze dol uitgelaten met haar vader door de kamer danste, de jongens in haar vaart meetrok, Juffrouw Bergsma omhelsde en toen in snikken uitbarstte.
„Klein, opgewonden standje,” zei haar
204