Tegen de dwang (verhalen)

Titel
Tegen de dwang (verhalen)

Jaar
1907

Druk
1981

Overig
herdr 1981

Pagina's
248



in 'n stil-fantastische belichting kwamen te staan, en over 'n muurbrok van groezel-bruin behang er achter. Onmerkbaar verliep daar 't lichte in 't donker-geblevene rondom, en zo was ook 't tafelgedeelte dichtbij. De bruin-begroezelde wijnglazen daar bekwamen schampen van bleek-geel licht. Spokig-wit de stoel met z'n vreemde belading van beddekussens en dan verder alles donker, warm en donker, geheimzinnig, en daarin de geur, kanelig-zoet, van krui-denkooksel dat er gedronken was. Zacht tikte de klok, met doffe, klankloze slingerslagjes.

Doch die sfeer van innige rust was omvangen van de nachtwind, die buiten al roeriger en luider omrommelen ging, met diep, monotoon geluid-;de bomen rond 't huis stonden te ruisen en te takkenkraken onder dat altoos-opnieuw aankomende windgerucht, dat door wat suizerige stilte telkens werd verpoosd.

In de bedstee bewoog wat; harde matras kreun-kraakte er onder 't verliggen of opzitten gaan van de slapende binnenin. En daarna, met zwakke, onzekere duwtjes, werden van binnen uit de deuren opengestoten en tussen de beide gele, verwassen gordijnen keek 't hoofd van 'n kind naar buiten, met wijdopen heldere ogen, als van iemand, die zo fél wordt weggerukt uit z'n droom, dat hij meteen er klaar wakker van is. 't Kind zag verbaasd of ze ineens in 'n heel onbekende omgeving was gekomen, de kamer rond, naar de stoel met spokig-witte kussens, naar de tafel met de seiderschotel, de glazen... en als de bewuste gedachte weerkeerde in haar even van 't reële leven vervreemde bestaan, kwam er 'n lichte angst in haar ogen en in de smalle trekjes van 't kleine kindergezicht, schraaltjes in de omlijsting van dik, bruin haar.

Maar langzaam zonk 't lichaampje weer terug, wilde zich 't hoofd opnieuw tot slapen leggen, als plots er wat geluidde in de stilte, 'n korte kuch, als 'n benauwdschorre keelschraap en inenen veerde 't kind weer overeind, reële angst nu in 't gezicht en in de gespannen voor zich uit starende ogen.

Het was de voorslag van de klok geweest en die, met nog eenmaal 'n vermoeide ophaal vooraf, begon nu te slaan, lijzig-langzaam, z'n krakerige slagen zonder klank van ópgebruikt uurwerk. Het meisje in bed, vreemd wit, tegen 't duister-verdoezelde bedsteebeschot,

27

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.