Uit het leven van een denkende vrouw

Titel
Uit het leven van een denkende vrouw

Jaar
1920

Druk
1985

Overig
herdr 1985

Pagina's
181



zichzelf bestond maar toch gestadig zich voeden moest en on-verzadelijk was. Waarom had ze dat toch niet eerder geweten? Waarom had haar diezelfde avond niet óók geopenbaard dat een mens, in alles toegeeflijk behalve in dat éne - voor dat éne bestemd en geboren was? Waarom had het zo lang geduurd voordat ze dorst? Sterker dan de goede oude Instede - kort na zijn dochter gestorven, nu reeds driejaar terug - sterker dan wat van hem uitging, was toch Everts macht en die van zijn vrienden over haar geweest en haar kale onwetendheid was weggekropen bij het aanmatigend pralen van hun 'wetenschap' als een schamel kind voor een trotse harde vrouw in zijde en bont. Er was ook immers zoveel stumperigs en onbekookts in de uitingen van hen die Evert en zijn vrienden smalend 'auto-didacten' noemden en met sommigen waarvan ze, in de héél korte tijd van haar werk als onderwijzeres, ook nog even in persoonlijk en in niet heel prettig, contact was geweest.

Maar hoe volkomen had daarna op zichzelf zo weinig-betekenend letterkundig werk — niet slechter en niet beter dan andermans werk, middelmatige vrucht van een middelmatige tijd -hoe volkomen had het haar plaats in de wereld veranderd. Nu ze eraan dacht, leek het haar als had haar een goedgezind toeval, een gelukkige bij-omstandigheid langs een zijpad die heuveltop opgeleid, vanwaar ze nu spreken wilde, totdat ze luisteren zouden.

Naast de in het grauw der oude herinnering fel-kleurende avond - helle arabesken op een grondpatroon van goud-en-zwart: de rivier - naast die avond leefde er een oude dag, die ze niet herdacht als een felle kleur, maar als een machtige beroering, een keerpunt, een ogenblik van zelfbewustwording, een schok van innerlijke kristallisatie. Dat was op een samenkomst met veel andere schrijfsters en schrijvers geweest. In de aanvang had het zich voorgedaan als kilte door onwennigheid, door onbekendheid -, toen langzaam aan was ze een diepliggend, verreikend onderscheid tussen zichzelf en die anderen gaan gewaarworden, en toen ze eindelijk, in de late namiddag, zwijgend had lopen half-luisteren en half-peinzen naast twee anderen heen en weer door een lange laan, in afwachting van het gezamenlijk

61

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.