In de schaduw

Titel
In de schaduw

Jaar
1907

Druk
1983

Overig
herdr 1983

Pagina's
167



omdat ze zo alleen was en zo zielig stond te tobben.

'Ben je aan 't leren?'

't Kind keek op. Ze had 'm niet horen aankomen en diep rood overbloosde haar door de ongewone inspanning pijnlijk vertrokken gezichtje. Ze antwoordde 'n zacht 'ja' en bukte weer naar de verraderlijk 't voetje ontglippende schaats.

Theo's blik gleed omlaag naar de uit korte rok komende voeten en ineens uit z'n verlegenheid, zei hij, jongens-achtig-kritisch met 'n beetje ironisch medelijden in z'n toon: 'je hebt ze helemaal verkeerd aangebonden.' Maar meteen ook erachter, goedig-gedienstig 'zal 'k ze voor je overbinden... daar,' knikte hij terzij, 'op die bank? Toe, ga d'r maar zitten.'

Juultje scharrelde naar 'n dichtbije bank en Theo boog 'n knie in 't stro vóór haar; met de andere, rechtop, steunde hij haar voet. Hij strikte, 't hoofd in aandacht gebogen, met bondige, resolute bewegingen de ene schaats aan, terwijl denkend... "t lijkt wel 'n leuk kind... maar dat ze nou nog niet rijden kan... ze is toch zeker al veertien jaar... Dan spotte 't 'm... o, ja... dat 's waar... 'n Jodinnetje... die rijen niet voor d'r balken ... dat zeien ze immers...' Maar hij zei niets, bevestigde zwijgend, precies, de bandeindjes, lichtte 't hoofd op, vroeg de andere voet. De tweede schaats aanbindend, dacht hij dan verder... wat heeft ze leuke krullen... wel 'n aardig snoetje... ze lijkt wel stil... maar misschien erg verlegen... 'Klaar,' riep hij, opspringend, strovezels van z'n knie kloppend... 'Willen we nou 's samen?'

'Graag,' zei Juultje en ze bloosde alweer. Theo hielp haar dan over 't stro heen en voorzichtig sloeg ze, op 't glibbergladde ijsvlak, de stram-voelende voetjes üit.

'Zitten ze goed?' vroeg Theo, beschermend. Hij vond 't heerlijk, zó tegen 'n meisje te praten. Thuis en in z'n clubje ging dat wel heel anders. Nel tiranniseerde hem en de anderen behandelden 'm - trouwens alle jongens -zo'n beetje als gedienstige knechtjes, om boeken te dragen en mee-te-gaan-taartj es-eten - waarvoor ze dan werden beloond met 'n genadig lachknikje of tikje tegen de wang. Theo dacht, dat 't zó hoorde, omdat de meisjes 't afzagen van haar oudere zusters en de héél-groten,

83

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.